André en Janny varen ze door het prachtige natuurgebied Weerribben-Wieden. Ze gaan van start in een uitdagende boot: een punter. Daarmee bezoeken ze het Venetië van de lage landen: Giethoorn, dat dagelijks overspoeld wordt door duizenden toeristen. De tocht gaat verder over de Wieden, waar een boswachter ze meeneemt naar een bijzonder stiltegebied. De stadse André verbaast en verwondert zich, terwijl Janny niet raakt uitgepraat over het prachtige natuurschoon. Met een tussenstop in het pittoreske dorpje Blokzijl varen ze richting het eindpunt Kalenberg.
Janny neemt André mee naar de Betuwe voor een koninklijke tocht over de slingerende rivier de Linge die zich uitstrekt tussen Geldermalsen en Gorinchem. André staat aan het roer, Janny wijst de weg. Ze varen door een afwisselend landschap, bezoeken authentieke dorpjes en praten met bewoners. In Leerdam bezoeken ze een eeuwenoude glasfabriek, waar André een poging doet om glas te blazen. Ze worden verrast door onbekende plekken en gebouwen, zoals de Nederlandse toren van Pisa. Het eindpunt is het plaatsje Buren waar de voorouders van onze koning vandaan komen.
André en Janny krijgen het varen al aardig onder de knie tijdens hun derde tocht die voert van nieuw naar oud-Nederland. Ze reizen van het relatief nieuwe Almere - waar ze architectonische hoogstandjes bewonderen - via het oude vissersdorp Spakenburg naar het oude Amersfoort. Er wordt vis gegeten, maar ook gevangen. Steeds weer verwonderen ze zich over het rijke natuurschoon en de bijzondere voorbijgangers met onbekende verhalen.
Janny neemt André mee op een culinaire vaartocht van Oude Tonge in Zuid-Holland naar Brabant. Ze heeft als einddoel een bijzondere maaltijd te maken waarin ze de 3 A's wil verwerken: aardbeien, asperges en ansjovis. Onderweg ontmoeten ze lokale boeren en kwekers die hen voorzien van de ingrediënten. Daarvoor stappen ze ook van de boot af om vervolgens verder te gaan op de fiets. Maar voordat het zover is, stelt Janny André's stuurmanskunsten op de proef. Om Brabant in te kunnen varen, moeten ze het druk bevaren Volkerak oversteken.
Janny en André maken een chique tocht over de rivier de Vecht en de Loosdrechtse Plassen. Ze varen langs indrukwekkende buitenplaatsen: grote prachtige huizen met enorme tuinen en veel land die welgestelde Amsterdammers vanaf de zeventiende eeuw lieten bouwen langs de Vecht om in de zomer de stank, de pest en de drukte in de stad te mijden. Deze stedelingen hadden niet alleen fantastische huizen op geweldige plekken, ze gebruikten ook heel bijzonder servies. Janny en André gaan in stijl lunchen en ontbijten en sluiten hun tocht af als gast van de Polo Club. Verder is er vanzelfsprekend ook deze tocht weer aandacht voor de prachtige natuur.
Deze tocht begint in Amsterdam, aan het IJ. André en Janny gaan op zoek naar hun boot, de Pollux. Deze tocht gaat door de Zaanstreek. André en Janny varen door Zaandam, slechten de monumentale Hondsbossche sluis, bewonderen de prachtige oude fabriekspanden en maken verse Spaanse worst. Ook bekijken ze de Zaanse Schans, de oude molens en Zaanse huisjes. Op dag twee varen André en Janny naar het voormalige walvisvaardersdorp De Rijp. Daar stappen ze over op een heel modern watervoertuig. De tocht eindigt aan de steiger van het idyllische eilandje De Woude, waar 150 mensen wonen en waar je alleen per boot kunt komen.
In de nacht van 18 op 19 november 1421 werd Holland getroffen door de Sint Elisabethsvloed. De dijken braken door, als gevolg van een combinatie van zware storm en hoge vloed. Het gebied rond Dordrecht werd hard getroffen. Dordrecht zelf is gespaard gebleven, omdat de stad hoog genoeg lag. Door de overstromingen ontstond natuurgebied De Biesbosch. André en Janny bezoeken Dordrecht, maken hun eigen likeur, gaan op beversafari, verbazen zich over de gekste sluis waar ze tot nu toe doorheen zijn gevaren en eindigen hun tocht op een idyllisch riviertje.
Deze tocht van Gouda naar hartje Utrecht heeft alles in zich wat je voor je ziet als je aan Holland denkt. André en Janny beginnen in Gouda met kaas, hoe kan het ook anders. Maar Gouda staat ook bekend om zijn kaarsen. Bij de enige overgebleven kaarsenwinkel in het historische centrum staat hen een bijzondere verrassing te wachten. Na vertrek tuffen ze de Hollandse IJssel op, een prachtig riviertje dat door het Hollandse landschap slingert. Aan het einde van de dag meren ze aan in Oudewater, waar ze overnachten. De volgende ochtend haalt André ontbijt in het prachtige middeleeuwse dorpje.
André en Janny gaan naar Overijssel, naar de IJsseldelta. Janny duikt in de geschiedenis van de Hanzesteden, die in de dertiende en veertiende eeuw door slimme afspraken en onderlinge handel uitgroeiden tot de welvarendste steden van Nederland. De tocht begint in het eeuwenoude en prachtige Zwolle, waar de Pollux in de Thorbeckegracht op hen ligt te wachten. Via het Zwarte Water varen ze de IJsseldelta in, een prachtig waterrijk gebied vol landerijen en bossen. Halverwege slaan ze rechtsaf, de Overijsselse Vecht op. In een weiland gaan André en Janny klootschieten. Ze overnachten in Hasselt, het kleinere broertje van Zwolle.
Bewapend met een pannetje snert vertrekken Janny en André in alle vroegte vanuit de Zwettehaven in Leeuwarden, de officiële startplaats van de Elfstedentocht. De ruim 200 kilometer lange tocht, dwars door Friesland, is begonnen. Janny en André weten al drie stempels in de wacht te slepen: in Sneek, IJlst en Sloten. Onderweg maken ze hun eigen schaatsen (je weet immers nooit wat het weer doet...), krijgt het duo een bijzonder Elfstedenboekje geserveerd en moet het eerste Friese meer worden overgestoken.
Deel twee van de tocht der tochten staat op het programma. Janny en André vertrekken uit Sloten, ontvangen hoog bezoek aan boord en worden op een geweldig concert getrakteerd. De eerste dag eindigt in Stavoren, waar wordt afgesloten met een lekker visje. Op dag twee halen Janny en André in Hindeloopen hun vijfde stempel. Ook moeten ze daar onder twee krappe houten bruggetjes door, om vervolgens op het IJsselmeer terecht te komen. In de winter over zulk groot water varen is best even spannend. Uiteindelijk komen we in Workum terecht, waar Janny en André hun zesde stempel krijgen.
In alle vroegte vertrekken Janny, André en Nhaan uit Workum, op weg naar Bolsward. Onderweg naar Harlingen gebeurt er iets heel onverwachts, waardoor de rest van hun Elfstedentocht in gevaar komt. Als het duo een dag te laat in Harlingen bij de stempelpost aankomt, worden ze verwelkomd door een goede bekende en beroemde inwoner van Harlingen: Piet Paulusma. Een ware beproeving begint aan het eind van deze aflevering: de Hel van het Noorden, het traject Franeker - Dokkum. Dat stuk gaat alleen maar door landerijen; er is geen dorp of mens te bekennen. Janny en André eindigen midden in de stilte van het Friese platteland, in het dorpje Ried.
Janny en André beginnen aan het laatste deel van hun fantastische avontuur door het winterse Friesland. Een zwaar stuk, want ze moeten het grootste deel van de Hel van het Noorden nog varen. Gelukkig staat op het bruggetje in Bartlehiem veel volk en een dweilorkest. Bij aankomst in Dokkum blijkt de hele stad op zijn kop te staan. Hier slepen Janny en André hun tiende stempel in de wacht. Na een feestmaal aan boord en een goede nachtrust, beginnen Janny en André aan hun allerlaatste etappe. Uitgelaten draaien ze uiteindelijk de Bonkevaart op en varen ze de laatste meters tot de finish.
Het nieuwe seizoen van Denkend aan Holland wordt afgetrapt in Leiden. Daar begint de vaartocht van Janny en André in de Hortus Botanicus, de plek waar ooit de eerste tulp is geplant. Met een sloep wordt het prachtige centrum van Leiden ontdekt. Onderweg passeert het duo de viskar van Abdullah, een bijzonder draaiorgel en talloze uitdagende bruggen. Ook bij ‘De Grachtwacht’ houden Janny en André even stil. In dit brugwachtershuisje coördineren biologen Auke-Florian en Liselotte hun strijd tegen plastic in de Leidse grachten. Dan stappen Janny en André over op hun vertrouwde boot: de Pollux en wordt koers gezet richting de Kagerplassen, waar ze al genietend rondvaren tussen de zeilschepen en molens. Aan de rand van de Kagerplassen staat de zogenoemde Jeneverboom. Daar wordt traditioneel geproost op een mooie vaart. De reis eindigt in Katwijk aan Zee, waar Janny en André – op het strand – terugblikken op een geslaagde tocht.
Janny en André dompelen zich tijdens deze vaartocht onder in Zeeland. Middelburg is het vertrekpunt, met haar statige middeleeuwse stadhuis en de hoge abdijtoren. Na een kleine chocoladeproeverij in een authentiek chocoladewinkeltje, vertrekken Janny en André per boot naar het traditionele Arnemuiden, bekend van de klok en klederdracht. Onderweg krijgt het duo bezoek van De koningin van de babbelaars; Margot. Zij kan werkelijk alles over het snoepje vertellen. In de haven van Veere wordt de dag afgesloten met een koud Zeeuws biertje én een schaaltje bruin fruit. De volgende ochtend koersen Janny en André over het heldere Veerse Meer, op zoek naar de big five van Zeeland: flamingo’s, damherten, zeearenden, zeehonden en bruinvissen. Uiteraard kunnen Janny en André Zeeland niet verlaten zonder oesters te proeven. In Yerseke laat de achtvoudig kampioen oestersteken zien hoe je ze opent en eet. Het Zeeuwse avontuur eindigt met een heerlijk wit wijntje in de haven van Yerseke.
Een unieke aflevering van Denkend aan Holland, want niet Janny maar André heeft de route uitgestippeld. We zijn immers in ‘zijn’ Amsterdam. Startpunt van de tocht is de Amstel, de rivier waar de stad haar naam aan dankt. Via de Amstel vaart de Pollux langs Theater Carré, vlak langs het bronzen standbeeld van André. Op het Waterlooplein maken Janny en André een stop om even te scharrelen tussen snuisterijen, op zoek naar een theepot. Terug aan boord wordt koers gezet richting Durgerdam. Daar wordt de avontuurlijke dag in de haven afgesloten met een Amsterdamse borrelplank, een biertje en een goed gesprek. De volgende ochtend vaart André richting het schiereiland Marken, waar een mannenkoor ze vanaf de kade toezingt. In Volendam wordt het duo al vroeg bij de palingrokerij verwacht, waar ze de lekkerste paling ter wereld gerookt zien worden en uiteraard ook kunnen proeven. André bekent dat hij een grote wens heeft: met Janny in Volendammer kostuum op de foto. Terug in de haven ontmoeten z
Beter kan het seizoen niet worden afgesloten; in alle rust en omgeven door natuur in het nuchtere Groningen. De tocht van Janny en André begint in het nostalgische dorpje Garnwerd. Op weg naar de boot klinkt gezang uit een kerkje, het blijkt het Gronings volkslied te zijn. Na een kort bezoek stappen Janny en André – voorzien van een heerlijk ontbijtje – aan boord van de Finally en varen ze over een van de mooiste vaarwegen van Groningen: het Reitdiep. In de haven van vissersdorp Zoutkamp staat De Garnalenkoningin Janny en André op te wachten. Zij brengt ze naar garnalenvisser Dirk voor een minicursus garnalenpellen. Na afloop heeft Janny een leuke verrassing voor André: ze heeft solexen gehuurd en daarmee tuffen ze naar Houwerzijl om het pittoreske theemuseum te bezoeken. Daar wordt de dag afgesloten met een kop thee in de prachtige theetuin. De volgende ochtend zijn Janny en André al vroeg onderweg, want het prachtige Lauwersmeer staat op het programma. Boswachter Jaap loodst ze een s
Janny en André varen van Zutphen naar Arnhem over de Gelderse IJssel. Onderweg passeren ze het kleinste stadje van Nederland: Bronkhorst. In de Hanzestad Doesburg mogen Janny en André zelf mosterd maken. Daarna gaat de vaartocht verder langs het fraaie Kasteel Middachten, dat nog particulier wordt bewoond door een graaf. Janny en André eindigen in Arnhem, daar genieten ze van echte Arnhemse meisjes, een lokale lekkernij. En samen met burgemeester Marcouch beklimmen ze de Eusebiuskerk en overzien ze Arnhem vanaf een hoog glazen balkon.
Deze week bepaalt niet Janny, maar André de vaarroute. Via Schiedam bereiken ze namelijk zijn geboortestad: Rotterdam. André’s geboortehuis in Delfshaven doet zijn hart sneller kloppen, en dat geldt ook voor de bijbehorende herinneringen. De volgende dag vaart er een bekende Rotterdammer met Janny en André mee over de Maas. De trip wordt – tot groot plezier van André - afgesloten met een Rotterdamse culinaire specialiteit: Uierboord.
Janny en André bevaren de wateren van maar liefst drie provincies: Gelderland, Zuid-Holland en Noord-Brabant. Ze bezoeken de mooiste vestingstad van Nederland: Gorinchem en via de drukke Merwede bereiken ze de zalmstad Woudrichem, waar ze Slot Loevestein bezoeken. De beroemde rechtsgeleerde Hugo de Groot wist zich daar ooit te bevrijden met behulp van een boekenkist. De volgende dag gaan Janny en André de strijd met elkaar aan in een spectaculaire roeiwedstrijd, waarna ze hun tocht eindigen in de schilderachtige vestingstad Heusden.
Janny en André volgen deze week een prachtige route over de Overijsselse Vecht. Deze mooie kronkelende rivier brengt hen van Gramsbergen naar Hardenberg, waar ze een bekende inwoner treffen: Edwin Evers. Langs de oevers gaan Janny en André op pad met een echte ‘Bushcrafter’, van wie ze leren vuur te maken. Vlak bij het mooie Ommen worden ze uitgenodigd voor een heuse koe-safari. De avontuurlijke tocht wordt afgesloten in het pittoreske Dalfsen.
Janny en André ontdekken Westerwolde, een regio in Oost-Groningen. De eerste dag staat in het teken van de Tachtigjarige Oorlog. Op dag twee varen Janny en André richting Ter Apel.
Janny en André ontvluchten de stad. Ze ontdekken de Ronde Hoep, een groen polderlandschap net buiten Amsterdam. Hier fietsen veel Amsterdammers naartoe om te ontsnappen aan de drukte van de stad.
Janny en André ontvluchten de stad. Ze ontdekken de Ronde Hoep, een groen polderlandschap net buiten Amsterdam. Hier fietsen veel Amsterdammers naartoe om te ontsnappen aan de drukte van de stad.
Er staat een koninklijke route op stapel. Vanuit Leidschendam varen Janny en André richting Den Haag, de hofstad. Daar stapt het duo - vanwege de lage bruggen - noodgedwongen over op een rondvaartboot. Aan boord verwonderen Janny en André zich aan de prachtige oude binnenstad en torenhoge gebouwen. Op dag twee varen Janny en André via De Vliet door naar Delft, de prinsenstad. Delft is niet alleen de stad van historie, er is ook veel aandacht voor de toekomst. Zo leren Janny en André hoe ze op een toekomstbestendige manier nieuwe seizoenen van 'Denkend aan Holland' kunnen blijven maken. Aangekomen in de stad van Johannes Vermeer blijkt er geen ontkomen aan de schilder. Er is nog iets wat de stad kenmerkt: Delfts Blauw. Janny en André ontdekken hoe het bekendste porselein van Nederland wordt gemaakt. Daarna is het tijd om Delft te verlaten. Na een korte vaartocht meert het duo aan in de Zweth en wordt het seizoen koninklijk afgesloten.
