Als de macht in Nederland wordt overgenomen door de Organisatie van Vaderlandslievende Officieren, moet Johan van Dam onderduiken. Hij heeft in zijn drukkerij pamfletten gedrukt tegen het nieuwe bewind. Zijn vrouw Vera en de kinderen Teun en Karin blijven in onzekerheid achter, samen met de papegaai Lukas.
Militairen doen een inval in het huis van de familie Van Dam. Op alle mogelijke manieren proberen ze achter de verblijfplaats van Johan te komen. Uiteindelijk krijgen ze hem te pakken. Als Karin hoort dat haar vader gevangen zit, gaat ze naar hem op zoek.
Het gezin Van Dam vlucht naar Tyros, een land dat een aantal Nederlanders asiel wil verlenen. Vera neemt die beslissing zonder dat ze Johan kan raadplegen. Pas in het vliegtuig wordt het gezin weer herenigd.
Lukas, de papegaai, is op het Tyrese vliegveld in quarantaine gezet. Vanuit het opvangcentrum waar het gezin Van Dam is geplaatst probeert Teun de papegaai weer vrij te krijgen. Net als dat lijkt te lukken, komt het bericht dat ze gaan verhuizen.
De ontvangst op de boerderij van de familie Santamas is hartelijk. Maar de Van Dams hadden toch wel wat anders verwacht dan een eenvoudige tent als woning. Ook op school is het voor Teun en Karin moeilijk om zich aan te passen. Maar alles klaart op als ze Lukas, de papegaai, terugkrijgen.
Tussen Karin en haar vader gaat het slecht. Karin past zich vrij makkelijk aan en Johan verwijt haar dat ze niet voldoende betrokken is bij de situatie in Nederland. Karin en Johan maken allebei een zwerftocht door de stad, waarbij ze onafhankelijk van elkaar kennis maken met een Nederlandse protestzanger.