Robbi, Tobbi und das Fliewatüüt

Tobias Findeisen, genannt Tobbi, besucht die dritte Klasse der Volksschule und ist Erfinder des Fliewatüüts (FWT 1), eines universalen Fortbewegungsmittels. Denn es kann fliegen, auf dem Wasser schwimmen und wie ein Auto fahren – daher das tüüt. Angetrieben wird das Fliewatüüt mit dem Himbeersaft von Tante Paula, später wird dieser Treibstoff durch Lebertran ersetzt. Tobbi ist Kopilot des Fliewatüüts. Der Pilot heißt ROB 344-66/IIIa, wird aber aus verständlichen Gründen Robbi genannt. Robbi ist in der dritten Klasse der Robotschule. Gemeinsam machen sich die beiden im Fliewatüüt auf, um für Robbi drei Roboterprüfungsaufgaben zu lösen: 1. Aufgabe: Wieviele Treppenstufen hat der gelb-schwarz-geringelte Leuchtturm? 2. Aufgabe: Wer steht am Nordpol und fängt mit „Z“ an? 3. Aufgabe: Suche die dreieckige Burg mit den dreieckigen Türmen und ergründe ihr Geheimnis!

Tobias Findeisen, door iedereen Tobbie genoemd, is een jongetje dat in de derde klas zit van de lagere school. Hij is erg slim en zou het liefst uitvinder worden. Zijn laatste uitvinding is een voertuig dat kan rijden als een auto, varen als een boot en vliegen als een vliegtuig. Dit Frawatuig is bovendien milieuvriendelijk want het werkt op frambozensap of levertraan. Tobbie weet alleen nog niet hoe hij zijn uitvinding zou kunnen bouwen. Maar dan staat er 's nachts een robot onderaan zijn raam, Robbie, die in de derde klas van de robotschool zit. Hij heeft de plannen van Tobbie helemaal uitgewerkt en het Frawatuig gebouwd. Nu heeft Robbie de hulp nodig van Tobbie, want hij moet drie moeilijke examenvragen beantwoorden. Tobbie, die onder de indruk is, wil zijn blikken vriend graag helpen. De vragen gaan over een vuurtoren met gele en zwarte ringen, een onderzoeker die in een iglo op de Noordpool woont en een kasteel in Schotland. Dankzij het snelle Frawatuig kunnen Robbie en Tobbie de locaties één voor één bezoeken en de raadselachtige vragen oplossen. thumb robbitobbi2De tocht is niet zonder gevaar want op de Noordpool moeten ze het tegen een ijsbeer opnemen. Maar het tweetal maakt ook nieuwe vrienden, zoals de vuurtorenwachter Matthias, Frederik de dolfijn en de eskimozusjes Na-na en Nu-nu. Ze krijgen zelfs hulp van Nessie, het monster van Loch Ness. Deze Duitse poppenserie, gebaseerd op het gelijknamige boek van Boy Lornsen, bevatte oorspronkelijk 4 delen met een totale duur van bijna vier uur. In Nederland werd de reeks uitgezonden in 9 afleveringen van elk 25 minuten.