Hilde, een ondernemende tiener, is met vakantie in de Hoge Venen. Haar oom is daar natuurwachter. Ze is gefascineerd door het landschap, met restanten van de permafrost uit de IJstijd. Plots duiken er menselijke verschijningen uit de IJstijd op. Parkwachter Antoon vertrekt met zoon Jan en nichtje Hilde naar het veen. Dabir en Orto beraadslagen in hun lab over het lot van Igdrasill. "Draagster" Miran moet hen daarbij helpen maar verliest in het veen haar zevende zoekring, die storingen veroorzaakt op Jans radio.