Il Toso is een mooie jongen die met zijn looks iedereen charmeert. Maar achter dat engelachtige gezicht schuilt een crimineel meesterbrein dat in het voorspoedige economische klimaat van de jaren 80 en 90 een van de beruchtste bendes van Italië uitbouwt. Terwijl hij slim de Venetiaanse en Siciliaanse maffia tegen elkaar uitspeelt en politie-inspecteur Bruno Ricci steeds een stapje voor blijft, profileert hij zich als een sympathieke misdaadkoning, die rijkdom en macht verwerft zonder bloedvergieten. Maar hij ondervindt al snel dat er in de georganiseerde misdaad geen plaats is voor nobele principes.