De monarchie is in verval, als gevolg van de Hofmans-affaire in de jaren 50 en de Lockheed-affaire uit 1976. Kroonprinses Beatrix is weerbaar, activistisch. Ze verzet zich tegen haar ouders en kiest een Duitser als echtgenoot. Ze wil het ambt serieuzer aanpakken.
De inhuldiging is een tegenslag. Verbeten begint Beatrix aan haar nieuwe taak. Ze rekent af met het hof van haar moeder waar hofdames uit bed worden gebeld voor een spelletje Halma. Het koningschap is voortaan een baan, het hof een bedrijf. Maar Claus wordt ziek.
Beatrix ligt onder vuur. Ze lijkt zich met staatszaken te bemoeien. En met de keuze van haar schoondochters. De roddelbladen klagen. En haar volk is kritisch. Ze roept vertegenwoordigers uit de samenleving bij elkaar om haar volk te begrijpen.
De populistische burger stoomt op. Die kan zich ergeren aan het koningshuis. Beatrix probeert hem te pareren, maar hoe? Claus overlijdt, het regent affaires, haar zoon krijgt een skiongeluk. Ze werkt door, dwars door alle weerstand heen. Tot haar aftreden – een bevrijding.