1947. Virrie herenigt een moeder met haar kind, die als baby is ondergedoken. Ondertussen worden haar vader en Asscher aangehouden vanwege collaboratie met de bezetter. Het onderzoek naar de Joodse Raad en zijn voorzitters brengt veel oud zeer naar boven. Virrie droomt elke nacht nog van de kinderen, die ze heeft moeten afstaan aan de Duitsers. Nieuwe informatie uit het onderzoek zet de verstoorde relatie tussen Virrie en David op scherp. Terwijl Virrie probeert haar leven los van haar vader vorm te geven, blijft David Cohen zijn keuzes verdedigen. Kunnen vader en dochter ooit nog nader tot elkaar groeien?