Juli 1998: de renners in de Tour de France zetten de voet aan de grond. Bijna definitief. Nooit eerder hing de toekomst van La Grande Boucle zo aan een zijden draadje. Nooit eerder heeft Tourbaas Jean-Marie Leblanc zo moeten vechten voor het voortbestaan van zijn Ronde. En dat allemaal als gevolg van wat aanvankelijk een fait divers leek: de aanhouding van de Belgische Festina-verzorger Willy Voet aan de Frans-Belgische grens. Twee dagen voor de tourstart in Dublin vinden douaniers in de wagen van Willy Voet een halve apotheek. Groeihormoon, testosteron en vooral 200 dosissen Epo, een middel dat de renners gebruiken om de zuurstofopname in hun bloed te verbeteren. Het drieletterwoord zal de wielerwereld nog jaren beheersen. De Tour 1998 krijgt vele namen: de Epo tour, de doping tour, de zwarte tour, de Festina-tour... In het oog van de storm staan twee Belgen: Willy Voet, de persoonlijke verzorger van Richard Virenque, en Eric Rijckaert, de ploegarts van Festina. Vrij snel wordt duidelijk dat er binnen de Festinawielerploeg een georganiseerde vorm van doping bestaat. Om te voorkomen dat de renners zich doodspuiten met eender wat, zo houden alle betrokken vol. Willy Voet en Eric Rijckaert beleven de Ronde achter de tralies van een Franse gevangenis. Eric Rijckaert blijft zelfs meer dan 100 dagen opgesloten en zal zijn hechtenis nooit meer te boven komen. Nog tijdens zijn gevangenschap ontdekt hij op een toevallig gemaakte rontgenfoto een gezwel op zijn longen. Eric Rijckaert sterft net na het beëindigen van het Festinaproces, in 2000. Enkele maanden geleden ontdekte zijn weduwe, Mieke Rijckaert, de dagboeken die haar man bijhield in de gevangenis van het Franse Douai. Die dagboeken vormen de ruggengraat van 'De Festinatour, een ronde achter tralies'. Maar niet alleen het leven van Mieke Rijckaert veranderde voorgoed na de Tour van '98. Bruno Roussel, toenmalig ploegleider van Festina, runt vandaag een immobiliënkantoor in Bretagne en blikt voor he